Op 26 mei vond een digitale inspiratiesessie “Op weg naar natuurherstel; waardering van de natuur en herstel van vertrouwen in de samenleving” plaats. In drie inspirerende inleidingen werden 47 belangstellenden meegenomen in een natuurverhaal dat aanspreekt en mensen weer zou kunnen verbinden, ook voor de verdere toekomst. Tim van Hattum ging in op de resultaten van een toekomstverkenning die hij met WUR-collega’s heeft uitgevoerd. NL 2120; hoe Nederland er over pakweg 100 jaar uit zou kunnen zien met op natuur gebaseerde oplossingen. Jannemarie de Jonge stond stil bij perspectiefwisselingen die daarvoor nodig zijn. En Teo Wams zoomde in op een ruimtelijke vertaling om natuur weer sterk te maken.
Een integrale visie op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland is nodig want niet alles past, was de binnenkomer van Tim. Het piept en kraakt. Biodiversiteit staat onder druk door intensief gebruik van het land. Water, en met name ook drinkwater, is een grote opgave. De zeespiegel stijgt deze eeuw 1 - 2 m. 80% van de nieuwe woningen lijkt nu vooral in de laag
gelegen gebieden geprogrammeerd. Voor de enorme investeringen die de komende decennia op stapel staan, niet alleen voor woningbouw maar ook voor energie, klimaat e.d., moeten we de natuur als bondgenoot kiezen. Natuurlijke systemen herstellen. Toe naar een natuurpositieve samenleving met veerkracht in het ruimtelijk systeem. En water veel beter benutten. Nederland is een deltaland. Wat betekent dat dan ruimtelijk?
- op zee vooral energie en voedselproductie; de kust laten meegroeien; nieuwe deltawerken.
- ruimte voor de rivieren; ook de kleinere rivieren en het bekenstelsel moeten meer ruimte voor water krijgen.
- het IJsselmeer als zoetwaterbuffer
- de kleigebieden benutten voor voedsel voor mensen; circulaire landbouw
- de zandgronden moeten weer als spons gaan werken. natuurlijke beken, meer bos,
ruimte voor bio-economie.
- steden moeten vergroenen
Nederland snakt naar een hoopvol verhaal. Tim pleit voor een living lab benadering en heeft met maatschappelijke spelers hiervoor een aanvraag bij het nationaal groeifonds ingediend. Het opbouwen van een kennisagenda rondom nature based solutions (de effectiviteit, het ruimtebeslag e.d). Een visie is nodig en die moet handen en voeten krijgen. Met lange termijninvesteringen. Om tot een kantelpunt te komen in de samenleving waarop dit het nieuwe normaal wordt, zouden we, volgens Motivaction, zo’n 25% van de mensen hiervoor enthousiast moeten krijgen. Nu lijken we nog maar op zo’n 5% te zitten. Er is dus nog werk te verzetten.
Jannemarie de Jonge pakte het stokje over en schetste een weg met perspectiefwisselingen om tot een natuurinclusieve beweging te komen. En natuur als vanzelfsprekend onderdeel van ons dagelijks leven te laten zijn. Waar we in de 20e eeuw vooral uitgingen van functiescheiding en een dominant beeld van de mens over de natuur, heeft ons dat inmiddels verschillende crises gebracht. Van een klimaatcrisis, gezondheidscrisis en grondstofcrisis tot de grootste van allemaal: de biodiversiteitscrisis. Om deze problemen op te lossen is een fundamentele denkomslag nodig. De natuurkracht erkennen en benutten.
Niet terug maar vooruit met de natuur. Daarbij moet je wat onzekerheid accepteren. Van een statische naar een dynamische benadering. Jannemarie benoemde drie perspectiefwisselingen.
- de relatie mens - natuur brengt ons vooral denken in ecosysteemdiensten. De mens is daarin onderdeel van de natuur. Het is een bevrijdend perspectief met veerkracht, symbiose en adaptatie.
- de relatie economie - ecologie. Een soort yin yang verbonden systeem. De economische gebruikswaarde van natuur groeit nog steeds. De banken zeggen dit ook. Kijk bijvoorbeeld naar culturele diensten als toerisme en recreatie. Nationale
parken zouden een mooie proeftuin hiervoor kunnen zijn.
- samenwerken als perspectiefwisseling. Komen tot een meer relationele benadering in plaats van de machinale aanpak die we meestal hanteerden. Waar in de traditionele aanpak input en output centraal staan en afrekenen op resultaat, brengt een meer relationele benadering dynamiek, energie. Het biedt een voedingsbodem, kan iets tot bloei brengen. Kijk bijvoorbeeld naar hoe zwermen vogels vliegen terwijl ze elkaar in de gaten houden. Een vorm van situationeel leiderschap. Organisatieprincipes zijn aan de natuur te ontlenen.
En vervolgens de uitwerking van de ruimtelijke vraag door Teo Wams. Is de natuur het meest gebaat bij scheiden of afschermen van andere functies. Of is het juist beter dat natuur overal een plekje heeft. Voor Teo moet het scheiden en verweven zijn. En daarvoor is een goede ruimtelijke ordening cruciaal.
Alleen maar scheiden betekent dat we grote delen van het landschap als het ware opgeven en dat de impact vanuit die gebieden op de natuur de waarden in reservaten blijft ondermijnen. Denk aan stikstof en verdroging. Maar alleen verweven gaat ook niet. Veel aandacht voor natuur overal is heel goed, voor de leefbaarheid en gezondheid van mensen en voor de biodiversiteit zelf. Maar allerlei soorten planten en dieren zijn voor hun voortbestaan in een druk land afhankelijk van omvangrijke gebieden waar de natuur voorop staat. En ook mensen willen naast een groene leefomgeving natuurhotspots waar ze in weekends en vakanties kunnen genieten. Met bijzondere planten en dieren. De vraag of soorten en habitats in natuurreservaten het goed doen, hangt meer af van wat er in de buitenwereld gebeurt, dan van het beheer in die gebieden zelf. Stikstof, bestrijdingsmiddelen, vuil water of te weinig water, invasieve exoten of het simpelweg ontbreken van verbindingen tussen natuurgebieden doordat het landbouwgebied een grote monoculture is.
Deze drukfactoren moeten op een aanvaardbaar niveau zijn. Er is een benadering nodig op de schaal van het hele landschap. Als denkmodel hanteert Teo een drie zone benadering: een natuurzone, mengzone en economische zone.
- De natuurzone is zo ongeveer wat nu het Nationaal Natuur Netwerk (NNN, vroeger EHS) wordt genoemd. Formeel aangewezen natuurgebied, waar natuurdoelen voorop staan. Dat wil overigens niet zeggen dat er verder niets kan, er wordt volop gecreëerd, boeren maaien er gras en riet, laten er vee grazen. Van het maaisel wordt misschien zelfs bouwmateriaal gemaakt. Er wordt hout geoogst. Maar al die zaken ten dienste van het behoud en herstel van natuurwaarden. Klimaatverandering maakt dat gebieden groot en robuust genoeg moeten zijn om zich op natuurlijke wijze aan te passen. Het NNN is overigens nog lang niet af en de voortgang is veel te traag.
- De mengzone is heel interessant. Voedselproductie, recreatie, het opvangen van water in natte periodes zodat er sponswerking ontstaat. Het betekent dat juist in deze zones de landbouw extensiever moet. Er moet flink ruimte worden gemaakt voor groen blauwe dooradering. In deze zone worden door boeren en andere ondernemers allerlei maatschappelijke diensten geleverd, waar ook voor betaald zal moeten worden. Deels via de markt, voor bijvoorbeeld vrijetijdsactiviteiten en deels door de overheid met vergoedingen voor water en CO2 vasthouden en tegemoetkomingen om minder koeien op een hectare mogelijk te maken.
- De economische zone roept op het eerste gezicht wel eens weerstand op in ‘groene’ kringen. Afgeschreven gebieden waar plankgaslandbouw, clusters van windmolens en nu vast ook defensie zijn plek krijgt. Ook in die zone zal op een maatschappelijk verantwoorde, duurzame manier geproduceerd moeten worden. De Flevopolder is een mooi voorbeeld. Het landschap en de grondsoort lenen zich er voor relatief intensieve landbouw, maar ook voor stedelijke ontwikkeling van Almere en het opwekken van windenergie. Maar dat kan dan nog wel biologische landbouw zijn, een natuurinclusieve stad en doordacht geplaatste molens.
De gedachtenwisseling leverde nog enkele aandachtspunten op:
- Is er nog ruimte voor grasland in het NL2120-verhaal? En ruimte voor biogrondstoffen? Die ruimte is er wel. Voor de functievervulling moet breder worden gekeken dan alleen maar weide-areaal voor vee. Ook biodiversiteit, wateropvang,
recreatie, biogrondstoffen e.d. kunnen daar een rol in spelen.
- Hoe politiek en burgers mee te nemen? Hoe kun je veranderen dat natuur als elitair wordt gezien. We moeten natuur onderdeel van het dagelijks leven maken. Dicht bij mensen brengen. En meer vanuit het landschap vertrekken waar velen een sterke binding mee hebben.
- Welke rol kunnen nationale parken spelen? En wat leren we van de status van de NP in de VS? Helaas heeft het huidige kabinet middelen bij het programma NP geschrapt. In dit programma is de drie zone benadering verder uitgewerkt.
- Om gebiedsprocessen weer kansrijk te maken zou het Nationaal programma landelijk gebied weer terug moeten komen. Overigens zijn verschillende provincies nog wel volgens deze insteek bezig, zoals Utrecht.
- De belangrijke soorten die we nu hebben zijn een momentopname. De klimaatverandering zal andere soorten hier naar toe brengen. We moeten meer naar habitats kijken.
- Natuur speelt een belangrijke rol in het oplossen van de klimaatcrisis. Het neemt ⅔ van de CO2 op. Natuur is dus een belangrijke bondgenoot. We hebben nog wel wat uit te leggen.
- Welke rol kan natuureducatie dan spelen? Is voor kinderen erg belangrijk. Werkt niet alleen fysiek, maar ook mentaal door. Gezondheid brengt natuur dichter bij mensen.
- Urgenda heeft met Land in zicht een studie opgeleverd hoe landbouw meer natuurinclusief kan worden. Met perspectief voor boeren. Lijkt een mooie onderbouwing van het landbouwstuk in het WUR-verhaal.
- Hannah van Zanten (WUR) heeft een interessant onderzoek gedaan naar hoe het Europese voedselsysteem anders kan worden ingericht. Waarvoor ongeveer de helft minder landbouwgrond nodig is.
- We moeten ons ook realiseren dat onze ecologische voetafdruk op het buitenland
groot is.